zondag 30 november 2014

Dialoog....Overeenkomst

zondag 30 november
Dit is het begin van de advent......de kerst is in aantocht.
Wat hebben we genoten de afgelopen 10 dagen op Ameland. Zie ze hier staan de suppoosten.


Suppoost.....wat is dat hebben we veel gehoord.
Kort gezegd oppassen op kunst. En dat is er veel in november op Ameland.
Wij hebben op drie locaties vertoefd. Maar op Ameland waren dit jaar 40 locaties waar je de kunst kon bewonderen en dat verspreidt over het hele eiland. Onze locaties waren gesitueerd in Buren en wij verbleven ook in Buren.
Eén locatie sprong er wat betreft de kunst heel erg uit en dat was de Wad - Dialoog in de Elzenhoeve. Op hun site stond het volgende:

Om precies te zijn 200 keer heb ik vandaag gehoord: Dit is absoluut het allermooiste werk van de Kunstmaand Ameland 2014. Slechts één keer was er een dame, die er echt helemaal niks mee had. Sommige bezoekers waren totaal begeistert en een aantal kwamen voor de tweede en zelfs de derde keer een kijkje nemen. Dit mooie werk hangt in de De Elzenhoeve Buren, oostwaarts van Nes. Het gaat hier om een schitterende Wad-dialoog tussen de Eva Kipp en Wianda uit de provincie Groningen. Het is een kwestie van actie en reactie op mekaar, waarbij het prachtige Wad de inspiratiebron is. Afspraak was om steeds een kunstwerk van 8 bij 16 centimeter te maken, waarbij het gebruik van materiaal volledig vrij was. Zo is er een hele serie werken ontstaan. Eerst twee en later drie-dimensionaal. Alles wat maar te vinden is langs het Wad is gebruikt en heeft het tot een prachtige WAD-DIALOOG gemaakt.
P1390347
Dit zijn de kunstwerken. 
Steeds weer als ik er verbleef vond ik wat nieuws. Geweldig, maar wat we in het Juttersmuseum vonden was totaal qua kunst iets anders

maar ook iets geheel anders. 
Een boekje over Kardinaal de Jong en een mooi verhaal over hoe het vroeger in grote gezinnen toe ging. 
Na het lezen van het boekje over Kardinaal de Jong en het verhaal over die grote gezinnen voelde ik overeenkomsten met de Kardinaal en mijn moeder. 
Hoezo zul je zeggen....nou hier komt het:

Kardinaal de Jong was de oudste in het gezin en werd geofferd voor het geloof.
Mijn moeder was de oudste en werd geofferd voor het gezin.
Beide deden ze het omdat het van hun gevraagd werd.
Van Kardinaal de Jong vond ik het bijzonder dat hij zich in de oorlog zo verzet heeft tegen de bezetter. Geweldig zoals dat stond beschreven in het boekje zoals ik dat heb gelezen.
Een voorbeeld: De bezetter verbood hem om een brief die hij geschreven had voor te laten lezen in de kerken. Hij hoorde het beleefd aan en toen ze weg waren heeft hij de opdracht gegeven de brief absoluut voor te lezen. Dit kwam hem duur te staan hij kreeg een behoorlijke boete, maar alle gelovigen hebben het geld bij een gebracht.
Mijn moeder heeft zich ook vaak te weer gesteld tegen onrecht een voorbeeld die ze wel eens vertelde was dat ze als meisje bij de boer aanzienlijk minder verdiende als de mannen, terwijl ze het zelfde werk moest doen en even hard. Ze heeft er tegen gevochten en haar gelijk gekregen, maar ze mocht er niet over praten. Geweldig.
Verder las ik daar een papier die helemaal aangeeft hoe het er in die tijd toeging. En ik herkende mijn moeder er helemaal in.
Vroeger?
Uit grote gezinnen kwamen ze, tien kinderen was gewoon.
Was je een van de oudste meisjes, dan lag je toekomst vast: na de lagere school kwam je thuis helpen, in de stal, en in het huishouden. 
Als je geluk had mocht je nog twee jaar naar de naaischool. 
Kon je thuis niet terecht dan kreeg je een dienstje: op je twaalfde ging je naar een ander gezin. 
Je werkte van 's morgens vroeg tot 's avonds laat en moest ook nog bij die mensen slapen. 
Je kreeg verkering je trouwde en kreeg kinderen en ging, als je met een boer trouwde, meewerken in het bedrijf van je man. 
Je vraagt je af wat hun dromen waren toen ze jong waren. 
 Hadden ze dan niet iets van wat ze wilden worden of een stille wens om eens een wereld reis te maken. 
Nee hoor je dan, ze wisten niet beter er viel gewoon niets te kiezen. 
Je had respect voor je ouders, voor de meester voor de pastoor of dominee en je deed wat ze zeiden. 
Ze zijn er helemaal niet ongelukkig door geworden niets geen identiteitscrisis, geen wanhopig zoeken naar een doel in je leven. 
Je was moeder, echtgenote, en dat was een doel op zich. 
Zo'n avondje naar de vrouwenvereniging was een echt uitje. 
De jonge vrouwen van nu hebben daar geen tijd voor. 
Ze moeten sporten, naar de ouderavond en werken een halve of hele week, Brengen de kinderen naar diverse clubjes, en zijn druk met de vervulling van hun leven. 
Misschien zoeken ze zo hard dat ze eraan voorbij lopen. 
Misschien valt er zoveel te kiezen dat je geen keus meer kunt maken. 
Waren vroeger vrouwen bondgenoten van elkaar nu zijn het concurrenten. 
Wie werkt er het meest, wiens huis, tuin, lichaam is het best gestyled, wie staat er het best haar mannetje. 
Maandag, wasdag, woensdag gehaktdag, vrijdag visdag, dat was vroeger toch best wel lekker. 

Het begin van bovenstaand verhaal sprak me heel erg aan. 
Mijn moeder vertelde vaak dat ze goed kon leren en dat de leraar zei dat ze eigenlijk door moest leren, maar dat kon niet. Het was armoe troef en in het gezin was veel ziekte, dus toen ze kon werd ze gelijk van school gehaald en moet haar steentje bijdragen in het gezin. 
Dat heeft ze ook flink gedaan als arbeider op het land en later in de glasfabriek om hete flessen van de band te halen en die in dozen te doen. 
Het waren tijden. 
Moest steeds aan haar denken bij het lezen van het boekje over Kardinaal de Jong. 

Jan de Jong (1953).jpg

Van 1911 tot 1914 was hij eerst kapelaan te Amersfoort en daarna conrector van de Zusters van O.L. Vrouw in die plaats.
In 1935 werd hij coadjutor van de aartsbisschop van het aartsbisdom Utrecht, mgr. Joannes Jansen. Tegelijkertijd werd hij benoemd tot titulair aartsbisschop van Rhusium. Als wapenspreuk koos hij Dominus mihi adjutor(Uit Psalm 118:7 - De Heer is mijn helper). In zijn wapen zit de wassende maan van het wapen van Ameland.
In 1936 werd hij benoemd tot aartsbisschop van het aartsbisdom Utrecht waarmee hij eveneens metropoliet werd van de Nederlandse kerkprovincie. Het was voor het eerst dat de aartsbisschoppelijke zetel door een man van wetenschap en een doctor werd bezet. Zijn vier opvolgers hebben ook allen in Rome gestudeerd en zijn daar of elders gepromoveerd.
Gedurende de Tweede Wereldoorlog gaf De Jong samen met dominee K. Gravemeijer, leiding aan het kerkelijk verzet tegen de Duitse bezetter. Zo vaardigde De Jong een door Titus Brandsma ontworpen verbod uit over het opnemen van NSB-advertenties in de rooms-katholieke dagbladen. Al in de oorlog ging De Jongs gezondheid zo achteruit dat hij het dagelijks bestuur van het aartsbisdom moest overlaten aan zijn vicaris-generaal Jan Geerdinck. Die zou het bestuur blijven voeren tot in 1951 een coadjutor zou worden benoemd.
Na de oorlog werd hij in februari 1946 door paus Pius XII tot kardinaal gecreëerd, de eerste keer dat 'Utrecht' een kardinaal kreeg sinds de Reformatie. Hij kreeg als titelkerk de basiliek van San Clemente toegewezen. De Jong was niet in staat het Consistorie in Rome bij te wonen; pas in 1951 reisde hij naar Castel Gandolfo om alsnog van Pius XII zijn rode hoed te ontvangen.

In 1951 moest hij vanwege zijn zwakke gezondheid zich terugtrekken uit het bestuur van het aartsbisdom. 
Tot zijn coadjutor werd Bernardus Alfrink benoemd, niet Geerdinck, aan wie De Jong de voorkeur gaf. De Jong trok zich terug in Amersfoort, het klooster van de zusters waar hij lang geleden conrector was geweest en waar hij in 1955 overleed. In 1953 sprak hij nog wel - via een bandopname - de geliefde gelovigen toe, ter gelegenheid van de manifestatie Honderd jaar Kromstaf. De ontroerde aanwezigen in het Stadion Galgenwaard begroetten deze toespraak met het langdurig scanderen van Lang leve de Kardinaal!. Alfrink volgde hem op als aartsbisschop.
Kardinaal De Jong was Ridder Grootkruis in de Orde van de Nederlandse Leeuw; deze hoogste civiele Nederlandse onderscheiding viel behalve aan zijn opvolger kardinaal Alfrink sindsdien vrijwel uitsluitend toe aan leden van de koninklijke familie, staatshoofden, Willem DreesKofi AnnanKonrad AdenauerWinston ChurchillRuud Lubbers en Joseph Luns.
En dat is een bescheiden man geweest die is geboren op Ameland in de mooie plaats Nes. 
Dit alles gebeurt er als je suppoost bent tijdens de kunstmaand. 
Mensen ontmoeten, mooie kunst bekijken en veel lezen. 
Geweldig wat een week.


De avond valt op Ameland. Zicht vanuit de uitkijktoren bij het natuurmuseum. 
Ik sluit af met de Groninger spreuken en dan met een muziekstuk genaamd Advent. 
De Groninger spreuken:
Men kin nait vroug genog aan loater denken.
Dij niks dut, mishottjet ook niks.
Gainain kin over zien aigen schaar springen.

Las nog een mopje:
Dikstroa wordt bie de grens aanholden deur de douane. 
Hai mout zien paspoort óflangen en de ambtenoar zegt as e t dokement bekeken het: "k Zol joe aanroaden joen paspoort binnenkort ais te verlengen."
Diekstroa schudt vastberoaden mit kop en zegt: "
"Gain sproake van, dit formoat is mie goud noar t zin.

Ja het is de eerste zondag van de ADVENT in aanloop naar Kerst. 
Het is doorspekt van tegenstellingen en waarschuwingen. 


Een fijne week allemaal. 

Geen opmerkingen: